Hongaarse Staande Hond
De Vizsla is de nationale hond van Hongarije en een van de zuiverste rassen ter wereld. Hij vormt een prima veelzijdige jachthond, in staat om voor te staan, te apporteren en voor het wild te gaan liggen. Ondanks zijn jagerscapaciteiten past hij zich goed aan als gezinshond; hij bezit een prettig karakter.
Lichaamsbeweging
Heeft zeer veel en inspannende lichaamsbeweging nodig.
Uiterlijke verzorging
Regelmatig borstelen houdt de vacht in een goede conditie.
Voeding
Aanbevolen wordt 550-900 gram blikvlees, aangevuld met een gelijke hoeveelheid hondenbrood; of 5 kopjes volledig hondenvoer, vermengd met 2,1/2 kopje warm of koud water.
Oorsprong en geschiedenis
Zonder twijfel werd de Hongaarse Staande Hond door de Hongaarse adel ontwikkeld en men heeft zich veel moeite getroost het inbrengen van vreemd bloed te vermijden. Het is een zuiver ras met uitstekende eigenschappen en kwaliteiten.
RASPUNTEN
Algemene verschijning. Een middelgrote hond met een edel uiterlijk, robuust en niet te zwaar van bot.
Kleur. Rossig goudgeel. Kleine witte vlekjes op borst en voeten zijn toegestaan, maar niet gewenst.
Hoofd en schedel. Het hoofd moet droog en edel zijn. Schedel matig breed tussen de oren, met een voorhoofdsgroef en een matige stop. De snuit moet iets langer zijn dan de schedel en goed vierkant aan het einde, al loopt hij toe. Neusgaten goed ontwikkeld, breed en wijd. Kaken sterk en krachtig. De lippen moeten de kaken volledig bedekken en niet te los, noch hangend zijn. Neus bruin.
Staart. Middelmatig dik, vrij laag aangezet en een derde ingekort. Moet tijdens de voorbeweging horizontaal worden gehouden.
Voeten. Rond, met korte, gebogen en dicht aaneengesloten tenen. Kattenvoeten zijn gewenst, hazenvoeten afkeurenswaardig. Nagels kort, sterk en een tint donkerder dan de vacht; geen Hubertusklauwen.