Mopshond
De Mopshond is een vrolijk hondje, dat er bijzonder sierlijk uitziet als men niet toestaat dat hij zich overgeeft aan zijn aangeboren gulzigheid. Hij is een prettige gezinshond.
Formaat
Het gewicht moet 6,4-8,2kg bedragen, maar als men hem zijn ganglaat gaan, eet hij zich regelrecht uit de categorie Kleine Gezelschapshonden.
'''Lichaamsbeweging”
De Mopshond is een energieke hond, die van meer beweging houdt dan menige andere hond van zijn afmetingen. Het beste laat men de Mopshond aan de lijn uit, terwijl men hem in verband met mogelijke ademhalingsmoeilijkheden niet te veel vermoeit.
Uiterlijke verzorging
Het is voldoende de hond dagelijks goed te borstelen.
Voeding.
Dagelijks circa 200-300 gram blikvlees of ongeveer 225 gram vers vlees, aangevuld met hondenbrood.
Oorsprong en geschiedenis
De Mopshond bereikte in 1553 met de Turkse Vloot Frankrijk. Ook in Holland werden ze populair, omdat de kleur van het Huis van Oranje. Toen Willem III en Maria Stuart in 1689 naar Engeland reisden en daar in 1689 de troon bestegen, werden ze door een groot aantal Mopshonden vergezeld. In die tijd was dit ras net zo populair als de Poedel nu.
Sedertdien namen ze in aantal geleidelijk af, met als gevolg dat zelfs koningin Victoria in 1864 moeite had er een voor haar kennels te vinden. Daarna ging het echter weer beter met het ras en werden pogingen gedaan het te verbeteren en te standaardiseren, wat resulteerde in de sierlijke, stevige, kleine Mopshond van tegenwoordig.
RASPUNTEN
Algemeen uiterlijk. Een uitgesproken vierkante, zwaargebouwde hond, gekenmerkt door een compacte vorm, goede verhoudingen en krachtig ontwikkelde spieren.
Kleur. Zilverkleurig, abrikooskleurig, bruingeel of zwart. Elke kleur moet sprekend zijn, zodat er een duidelijk contrast is tussen de kleur en de aalstreep en het masker.
Hoofd en schedel. Hoofd groot, zwaar en rond- geen appelhoofd en zonder dar er een plotselinge overgang tussen schedel en snuit is. Voorsnuit kort, stomp, vierkant, maar niet opgewipt. Plooien groot en diep.
Staart. Zo stijf mogelijk over de heup gekruld. De dubbele krul is het ideaal.
Voeten. Noch zo lang als die van een haas, noch zo rond als de voeten van een kat; goed gescheiden tenen; de nagels moeten zwart zijn.