Tibetaanse Spaniel
De Tibetaanse Spaniel is een aantrekkelijk hondje, met een vrolijk, onafhankelijk en vormt een ideale gezinshoofd, die zeer betrouwbaar is met kinderen. Wat uiterlijk betreft lijkt hij op een vrij grote Pekingees. Het is tevens een prettige hond voor tentoonstellingen.
Formaat
Gewicht: 4-6,8 kg is ideaal. Hoogte circa 25 cm.
Lichaamsbeweging
Deze hond vereist het normale uitlaten, maar moet ook af en toe eens los kunnen rennen.
Uiterlijke verzorging
Moet dagelijks worden geborsteld.
Voeding
200-375 gram blikvlees, aangevuld met een gelijke hoeveelheid hondenbrood; of 1-1/2 kopje volledig hondenvoer, vermengd met 3/4 kopje warm of koud water.
Oorsprong en geschiedenis
De Tibetaanse Spaniel werd voor het eerst in de Tibetaanse kloosters ontdekt, waar hij, volgens oude berichten 'nog steeds het gebedswiel draaiende houdt voor Tibetanen die de vruchten van een vroom leven willen plukken, zonder het ongemak van lichamelijke inspanning' . Hij is nauw verwant met de Tibetaanse Terriër en de Lhasa. Apso, die ook beide hun oorsprong in Tibet vinden.
RASPUNTEN
Algemeen uiterlijk. Moet klein, actief en alert zijn. Het silhouet verraadt een harmonische verschijning, met een lichaam dat iets langer is dan de schofthoogte bedraagt.
Kleur. Alle kleuren en combinaties van kleuren zijn toegestaan.
Hoofd en schedel. Klein in verhouding tot het van kwaliteit wekt. Mannelijk bij reuen, maar niet grof. Schedel licht gewelfd, middelmatig breed en lang. Lichte, maar zonder rimpels. De kin moet enige diepte en breedte tonen. De voorkeur gaat uit naar een zwarte neus.
Staart. Hoog geplaatst, rijk bepluimd en in een vrolijke boog over de rug gedragen bij het lopen.
Voeten. Hazenvoeten, klein en gesloten, met bevedering tussen de tenen die dikwijls tot onder de voeten uitgroeit. Witte aftekeningen zijn toegestaan.