Engelse Cocker Spaniel
De vrolijke Engelse Cocker Spaniel vormt een ideale gezinshond - een hond waarmee gewerkt kan worden, maar die ook graag met kinderen in tuin ravot. Hij is handelbaar, schrander en een goede algemene jachthond: voor het opstoten van veerwild vindt men geen betere.
Lichaamsbeweging
Een actieve hond die regelmatige lichaamsopening nodig heeft. Hij is dol op de vrije natuur en komt graag kwispelstaartend en onder de modder van een tocht terug. Voor een stadsbewoner is hij dus misschien niet de beste keus, maar hij is ook zeer gesteld op huiselijk comfort, zoals een plaatsje bij de haard.
Uiterlijke verzorging
De Cocker Spaniel moet dagelijks worden geborsteld en gekamd; voorkomen moet worden dat zijn vacht gaat klitten, vooral niet bij de oren.
Oorsprong en geschiedenis
De Engelse Cocker Spaniel is in Engeland bijzonder populair, maar ook elders ziet men ham veel, mogelijk vanwege zijn vrolijke, levendige aard en voortdurend kwispelende staart. De naam ' Cocker' dankt hij aan het feit dat hij vroeger in Engeland vooral bij de jacht op de houtsnip ( in het Engels Woodcock) werd gebruikt.
De Cocker Spaniel vindt zijn oorsprong echter in Spanje - vandaar de naam 'spaniel' - en zijn afstamming gaat terug tot de 14de eeuw. Aangenomen wordt dat hij in diverse landen bij de valkerij werd gebruikt. Tegenwoordig is hij echter in zijn element tijdens de jacht op konijnen, waarbij hij het wild voor zijn meester opstoot en vervolgens bewegingloos wacht totdat het schot is gevallen. Ook kan hij dan ook een goede keus voor zowel veldwedstrijden als trainingscompetities.
Voeding
Aanbevolen wordt 375-550 gram blikvlees, aangevuld met een gelijke hoeveelheid hondenbrood; of 3 kopjes droogvoer, vermengd met 1-1/2 kopje warm of koud water. Uiteraard wordt de portie vergroot als de hond hard moet werken. Dit ras heeft de neiging eindeloos om lekkere hapjes te bedelen, wat men het dier af moet leren, als men tenminste niet een vadsig, onprettig riekend huisdier wil krijgen.
Bij een juiste voeding en beweging blijkt de Engelse Cocker Spaniel een van de gezondste rassen te zijn en een hoge leeftijd te kunnen bereiken. Zijn prachtige, smekende ogen maken het moeilijk hem iets te weigeren en slechts weinig rassen ter wereld evenaren hem in schoonheid als pup.
RASPUNTEN
Algemene verschijning. Een vrolijke, stevige en sportieve hond. De Engelse Cocker Spaniel moet harmonisch en compact gebouwd zijn, terwijl zijn schofthoogte gelijk moet zijn aan de afstand van de schoft tot de aanzet van de staart.
Kleur. Verscheiden. Bij effen gekleurde dieren mag geen wit voorkomen, behalve op de borst.
Hoofd en schedel. De hond moet een goede vierkante snuit hebben, met een duidelijke stop halverwege tussen de punt van de schedel moet goed ontwikkeld zijn en zuiver gesneden, niet te fijn maar ook niet te grof. De jukbeenderen mogen niet uitsteken. De neus moet voldoende breed zijn voor het scherpe reuvermogen van het ras.
Staart. De staart moet iets lagergeplaatst zijn dan de ruglijn; hij moet in het verlengde van de ruglijn worden gedragen en nooit hoger. De staart mag niet zo sterk zijn ingekort, dat hij in zijn bewegingen wordt belemmerd.
Voeten. Deze moeten stevig zijn, met dikke voetzolen, en katachtig.