Ierse Wolfshond

De Ierse Wolfshond is een vriendelijke reus, die alleen vecht als hij wordt uitgedaagd. Hij is schrander, bijzonder trouw en moeilijk kwaad te maken. Ierse Wolfshonden hebben echter en eigen wil, zodat de pup met vaste maar zachte hand discipline moet worden bijgebracht.

Formaat

Minimale hoogte en gewicht van de reu 78,5 cm en 54,5 kg, van de teef 71 cm en 40,8 kg. Kleiner of lichter is een ernstige fout. Een groot formaat, dwz een hoge schofthoogte en een hiermee harmoniërende lichaamslengte, is het doel waarnaar gestreefd moet worden; ideaal is 81-86 cm voor de reu, met de daarbij behorende kracht, activiteit, moed en symmetrie.

Lichaamsbeweging

Ondanks zijn grootte vereist de Ierse Wolfshond niet meer beweging dan kleinere rassen, mar hij moet voldoende ruimte hebben om te kunnen dartelen. In zijn puppytijd moet hij onbeperkt kunnen spelen, maar men moet geen lange wandelingen forceren; hij moet zijn spierstelsel als het ware door eigen activiteit ontwikkelen. Gewoonlijk leert men de Ierse Wolfshond zowel te wandelen als te draven aan de lijn; omdat ze zo sterk zijn, is gehoorzaamheid een eerste vereiste.

Uiterlijke verzorging

Regelmatig borstelen en lange, klittende haren van oren, hals en onderzijde tussen vinger en duim verwijderen. Dit ras heeft een natuurlijk aanzien en is niet moeilijk te verzorgen.

Voeding

Minstens 900 gram blikvlees, aangevuld met een gelijke hoeveelheid hondenbrood; of 5 kopjes volledig hondenvoer, vermengd met 2,1/2 kopje warm of koud water.

Oorsprong en geschiedenis

De Ierse Wolfshond is de nationale hond van Ierland en zijn oorspronkelijke taak was het doden van wolven. Hij in vele legenden voor, maar hij kwam vrijwel zeker vanuit Griekenland met de invallende Kelten in Engeland terecht, zo rond 279 v.C. Een van de legenden waarin een hond van dit ras een heldenrol vertolkt, speelt in de 13de eeuw.

RASPUNTEN

Algemene verschijning. D e Ierse Wolfshond moet er niet zo zwaar en stevig uitzien als de Duitse Dog, maar wel weer massiever dan de Deerhound, waar hij overigens wat algemene bouw betreft veel op lijkt. Groot van afmetingen en met een respect afdwingend uiterlijk; zeer gespierd, krachtig maar toch sierlijk gebouwd; zich gemakkelijk en actief bewegend; hoofd en hals hoog gedragen; de staart wordt met een opwaartse draai gedragen, met naar het uiteinde toe een lichte krul.

Kleur. Erkende kleuren zijn: grijs, gestroomd, rood, zwart, zuiver wit, reebruin en iedere kleur die bij de Deerhound voorkomt.

Hoofd en schedel. Lang; het voorhoofdsbeen loopt zeer licht op; inzinking tussen de ogen zeer gering. Schedel niet te breed. Snuit lang en matig spits.

Staart. Lang en iets gebogen; middelmatig dik en goed met haar bedekt.

Voeten. Middelmatig groot en rond, niet naar buiten, noch naar binnen gedraaid. Tenen goed gebogen en aaneengesloten. Nagels sterk en gebogen